Vrijdagnamiddag. Op mijn beeldscherm zie ik de magische switch van 15:59 naar 16:00. Tijd om vliegensvlug al mijn spullen bij elkaar te zoeken en in de auto te springen. Aangekomen in de buitenschoolse kinderopvang, scan ik de ruimte op zoek naar mijn 3 kleuters. Eentje hangt te bengelen over een tafel, de andere plakt ergens achter een kast (we spelen alleen maar verstoppertje mama) en nummer drie, beter bekend als Raketman, zit mistroostig voor zich uit te staren. Hier is iets mis want normaal is het de kleinste die in de luster rondzwiert en sneller als zijn schaduw van plaats A naar plaats B vliegt. Vrij vlug krijg ik een verklaring van de andere kleuters en juffen van de opvang.
De kleutertjes hadden vandaag sportdag op school. Goed nieuws voor mijn loslopend DNA, zo kunnen ze hun energie wat kwijt. Raketman heeft iets met ballen. Duw hem een bal in zijn handen en hij is vertrokken. Urenlang amuseert ie zich met voetballen, dribbelen, gooien (tegen het raam of tegen de deur uiteraard), verongelukken, enz. Zo ook tijdens de sportdag op school. Jeeeuuuujjjj bàl! Bal! BAL! Hij ging helemaal op in zijn spel en vond het niet nodig om uit zijn doppen te kijken.
‘En wat gebeurde er toen jongen?’
-‘Boem mama.’
Resultaat: zijn blauwe kijkers die zo mooi passen bij z’n wit varkenshaar zijn geschandaliseerd. 1 oog is nu ook rondom blauw, rood, gezwollen en geschaafd. Want als we vallen, dan vallen we natuurlijk net op het hoekje van een bank. Hij is nog geen meter hoog en toch slaagt ie er in de hoek van een bank mee te pikken. Op school hebben ze hem wat opgelapt en fijntjes een briefje in zijn boekentas gestopt met wat info.
Ach ja, that’s life. Daar worden ze hard van, nietwaar? Ik had geen zin om ter plaatse nog uren te filosoferen en weltschmerzcrap uit te kramen omdat mijn rakker alweer wat blutsen en builen heeft. Hij is nu eenmaal de brokkenpiloot des huizes. Hoewel de hyperlakse zus er ook wat van kan. Ik verzamel de boekentassen en jassen, open de jacht op mijn kleuters en wil vertrekken. Plots spurt Raketman terug naar het boekentassenhoekje. Roloog bij mij want de tijd tikt genadeloos verder. Dit is de avondspits maat!
Met enig argwaan bekijk ik de extra rugzak die hij me geeft. Dit kan maar 1 griezelig ding betekenen… Jules de klaspop komt logeren! Wait a minute… Ik heb een rugzak maar geen Jules. Laat het niet waar zijn dat die idioot al vermist is nog voor hij onze voordeur bereikt heeft! Maar nee hoor, Raketman zorgt voor Jules als een goede huisvader: hij heeft het mormel in zijn kleine boekentasje gewrongen. Goed gedaan jongen.
En dan begint het… De sociale druk. Want jouw lieve kleine schat moet niet alleen goed zorgen voor Jules (lees: mama en papa hebben er een extra kind bij voor het weekend want die kleine interesseert zich geen fluit aan een pop die niks zegt of niet mee komt voetballen), je moet ook leuke dingen gaan doen. Ah ja, want anders kan je geen spectaculaire ellenlange opstellen, doorspekt met fotografisch bewijsmateriaal, in het dagboek van Jules neerpennen. Stel je eens voor dat de juf en de andere ouders denken dat je een doodnormaal gezin hebt dat doodnormale dingen doet. Dat is toch ondenkbaar, nietwaar?!