Vandaag was er die ene mijlpaal waar je als ouder van een baby maandenlang naar uitkijkt: de eerste woordjes van Mooie Meid. Maandenlang hebben we met haar zitten oefenen, tot vervelens toe. ‘Ma-ma’, ‘pa-pa’. In alle mogelijke intonaties. En telkens keek ze überschattig en speelde met wat haar pad op dat moment kruiste. Maandenlang wezen we als debielen onszelf aan terwijl we ‘ma-ma’, ‘pa-pa’ zeiden. Vijfhonderdachtenzestig keer vroegen we ‘Waar is mama, waar is papa?’ in de hoop dat minstens één keer haar vingertje naar ons zou wijzen. Dat ze iets zou prevelen dat leek op ‘mama of ‘papa’. Niet één keer boekten we succes.
Mààr als we vroegen: ‘Waar is de poes?’ Dan vlamden haar oogjes naar de kattenkrabpaal. Bij afwezigheid van een kattenbeest aldaar, vloog haar blik naar de veranda waar onze kater geregeld in zijn kartonnen doos ligt te slapen. Als ook daar geen vierpotige pluizenbol te bekennen was, imiteerde ze ons geluidje waarmee wij de katten roepen. Dierenvrienden als we zijn, leerden we Mooie Meid vanaf het prille begin dat ze zachtjes moet doen met de poes. Aaien mag. Aan de staart of snorharen trekken niet. Vrij snel was ze daarmee weg. Dat maakt dat de kat haar redelijk snel tolereerde in zijn omgeving. Naar haar gevoel zijn ze dikke vrienden. Elke dag als hij vanboven in zijn krabpaal ligt te slapen, moet mevrouw naar de kat gedragen worden om even dag te zeggen. Als zij in haar eetstoel mee aan tafel zit, zit de kat als een schaduw naast haar voor het geval er iets lekkers naar beneden zou dwarrelen.
Vandaag lag Gonzo, onze tienjarige kater, te filosoferen in de zetel. Mooie Meid zat bij mij. Ze kreeg het beest in de mot en schuifelde er naartoe. Ons veertienmaandertje is aan het leren stappen maar ze is nog niet elke keer zelfzeker genoeg om het zonder steun te doen. Dus waggelde ze langs de zetel naar de kat, keek hem aan, streelde hem en zei ‘aai’. ZE ZEI ‘AAI’! Niks ‘mama, niks ‘papa, maar ‘aai’. En de kat keek ons zelfgenoegzaam aan…
4 kinderen heb ik. 3 keer verliepen die eerste woordjes volgens de boekjes. Ze begonnen met ‘mama’, vrij snel volgde ‘papa en daarna kwam ‘poe’ waarmee ze de kat bedoelden. En dan zet je zoveel jaar later een uitsmijtertje op de wereld die eens goed contrair doet en heel weinig volgens de boekjes doet. Gelukkig is ze de liefste en slimste baby ter wereld, dat compenseert één en ander 🙂